De gemeente De Fryske Marren heeft het voornemen om een bruikleenovereenkomst aan te gaan met betrekking tot het volgende perceel grond:

 

Huidige gebruiker is gegadigde

Het onderhavige perceel is door de gemeente in de afgelopen jaren steeds aan dezelfde partij in bruikleen gegeven. Gelet hierop zou deze partij onevenredig worden benadeeld indien het gebruik niet zou worden voortgezet. Gelet hierop is de gemeente van oordeel dat de huidige gebruiker in redelijkheid als enige serieuze gegadigde voor het aangaan van een bruikleenovereenkomst, voor het jaar 2024 moet worden aangemerkt.

 

Wat kunt u doen als u het niet eens bent met dit voornemen

Indien u zich niet kunt verenigen met dit voornemen, dan dient u dit uiterlijk binnen een termijn van 20 kalenderdagen na publicatie kenbaar te maken door middel van het instellen van een kort geding, aanhangig te maken bij de voorzieningenrechter van de rechtbank Noord-Nederland. Bij gebreke van het aanhangig maken van een kort geding vervalt het recht tegen al het voornoemde in rechte op te komen en/of daarop enige vordering tot schadevergoeding of welke andere aanspraak dan ook te baseren, althans heeft u uw rechten daarop verwerkt. De gemeente De Fryske Marren en de gegadigde zouden immers onredelijk worden benadeeld indien pas na deze (duidelijk kenbaar gemaakte) termijn alsnog tegen het voornemen tot levering zou worden opgekomen.

 

Vragen?

Voor nadere inlichtingen kunt u zich wenden tot: Wieneke Riemersma, werkzaam bij Ruimtelijke Ontwikkeling, gemeente De Fryske Marren tel. 140514

 

Met deze publicatie geeft de gemeente uitvoering aan het arrest van de Hoge Raad van 26 november 2021 (ECLI:NL:HR:2021:1778).